Kris Swaegers: ‘Zo hard mogelijk aan de elastiek trekken zonder dat die knapt’

19 Maart 2020

Kris Swaegers: ‘Zo hard mogelijk aan de elastiek trekken zonder dat die knapt’

Sinds ruim een jaar is Kris Swaegers voor Groen-Gangmaker schepen van Ruimtelijke Ordening, Wonen, Energie, Klimaat, Duurzaamheid en Water. Met andere woorden tijd om eens dieper in haar ziel te kijken. Is het schepen-zijn zoals je je had voorgesteld? Het is nog interessanter en intensiever dan ik had verwacht. Ik heb mezelf vaak uit mijn comfortzone getrokken. Er kwamen heel wat nieuwe dingen op me af, ik heb nog nooit zoveel vragen gesteld als het afgelopen jaar, maar ben mild voor mezelf als ik dan eens een evidente vraag stel. Nu gebeurt dat gelukkig niet meer. (lacht betekenisvol) Het is een totaal andere wereld dan die waaruit ik kom, maar er zijn ook raakvlakken. Als creatief therapeute probeerde ik mensen vertrouwen te geven om zich open te stellen voor nieuwe ervaringen. Die boodschap heb ik op mezelf toegepast in de praktijk. En het loont: ik heb in korte tijd enorm veel geleerd en ben zinnens dat te blijven doen. Spijt van iets? Dat we net die derde zetel zijn misgelopen. Dat had ons wie weet wel een extra schepenpost opgeleverd. Met een sparring-partner in het college konden we meer taken verdelen, want als enig lid van Groen-Gangmaker in het zeskoppig college vertolk ik ook het standpunt van Groen-Gangmaker in de andere domeinen dan de mijne, wat op die andere domeinen ook een constante alertheid vraagt. Herken je je man nog? Herkent hij jou nog? Ik werk vaak thuis, maar de vraag is terecht. De uitdaging op persoonlijk vlak is structuur brengen in mijn leven. Het is logisch dat mensen me op straat aanspreken over iets wat hen bezighoudt, en ik hoop vurig dat ze dat blijven doen, maar dat neemt niet weg dat ik mijn grenzen soms wat beter moet bewaken. Bij een etentje met mijn man mag men mij tijdens het aperitief nog wel iets vragen, maar bij het hoofdgerecht verdient Rik al mijn aandacht. Gelukkig heeft hij ook een gevarieerde uitdagende job. Twee vuren die je als schepen wellicht herkent. Als schepen ben ik loyaal tegenover het college en loyaal tegenover Groen-Gangmaker. Wij zijn een andere partij dan Pro of CD&V. Op ecologisch en sociaal vlak staan wij als Groen-Gangmaker meer op onze strepen en dat hebben we al bewezen. Denk maar aan het hernieuwde Jef Van Hoofplein. Hoelang we voor een groen belevingsplein geijverd hebben! Hoeveel tegenstand we hebben ondervonden! En nu is het alsof het er altijd al gelegen heeft. Boechout-Vremde zonder Groen-Gangmaker de afgelopen veertig jaar zou een ander Boechout-Vremde zijn. Ik probeer geheel in die overtuiging hard te trekken aan de elastiek. Met zorg – niet tot de elastiek knapt. Je zou natuurlijk harder aan de elastiek kunnen trekken als je in de oppositie zit. Dan mis je wel alle kansen om mee het beleid uit te tekenen en de toekomst van ons dorp vorm te geven. Deden we politiek om ons te profileren, was oppositie voeren ongetwijfeld het comfortabelste geweest. Ik ben blij dat aan de zijlijn staan niet in het DNA zit van Groen-Gangmaker. Wat zit er nog in dat DNA? We varen zoals gezegd een uitgesproken ecologische en sociale koers. Dat is de kern van onze ideologie. Dat wil niet zeggen dat wij binnen onze groep Groen-Gangmaker allen over alles altijd hetzelfde denken. Maar we kennen de richting, we weten waarom het die richting uitgaat en we weten wat we aan elkaar hebben. Een politieke partij is een beweging van burgers met een gedeelde visie op mens en samenleving. Die gedeelde visie verenigt ons, die gedeelde visie brandt ons vooruit om van Boechout-Vremde een nog mooier dorp te maken. Waarom zou iemand met gezonde groene opvattingen zich politiek engageren? Aan politiek doen is de actiefste vorm van participatie. Sluit je aan bij een politieke partij en zowel jijzelf als je visie worden actief vertegenwoordigd en je ideeën vinden een plek binnen het beleid. Ik vind het zelf enorm belangrijk om zoveel mogelijk mensen te betrekken, die mij als beleidsmaker en ons als Groen-Gangmaker kunnen inspireren met hun ideeën en ervaringen. Daar kan een samenleving alleen maar beter van worden. Dit is een uitnodiging! Vind je dat je genoeg invloed hebt als schepen van Ruimtelijke Ordening op de ruimtelijke ordening? Ik ben afhankelijker van bovenlokale overheden dan ik zou willen. Ik verwijs naar het totaal verouderde gewestplan waarbij het eigendomsrecht geldt boven het algemeen belang. En naar de recent doorgevoerde bouwshift van de Vlaamse regering. In de vroegere regeling kregen eigenaars bij een herbestemming 80 procent van de geïndexeerde aankoopwaarde van de grond tot 50 meter diep aan een uitgeruste weg. Nu de volledig actuele waarde ongeacht de ligging. Dit zorgt ervoor dat lokale overheden die een bestemmingswijziging willen doorvoeren dat niet kunnen betalen. Een wereldvreemde maatregel, goed wetende voor welke uitdagingen we staan als het gaat over het bewaren van de open ruimte. Dus je kunt niet zomaar alles tegenhouden wat je niet zint? Ook geen tankstations? Het burgemeestersconvenant en de SDG’s die ons als gemeente op het vlak van onder meer klimaat het juiste pad wijzen, hebben geen juridische waarde. Nochtans zijn de gevaren van de klimaatverandering een bedreiging voor de rechten van de mens die verankerd zitten in juridisch bindende wetten en verdragen. Als overheid is het onze verantwoordelijkheid om burgers hiertegen te beschermen. Dat doen we door zo snel als kan klimaatneutraliteit na te streven. Als organisatie hebben we inspanningen te leveren, maar ook de bedrijven en de burgers in onze gemeente. In de Urgenda-zaak hebben rechters de Nederlandse overheid in gebreke gesteld, omdat haar klimaatbeleid niet afdoende was en terecht gesteld dat klimaat een mensenrechtenkwestie is. Rechters kunnen overheden terechtwijzen voor gebrekkig klimaatbeleid en hen actief aansporen een beleid conform de SDG’s en de mensenrechten te voeren. Helaas is klimaat niet van tel voor de deputatie. Mijn halfuur durend betoog bij de deputatie over klimaat viel in dovemansoren. De deputatie beoordeelt uitsluitend stedenbouwkundige en milieutechnische aspecten en gaf Gabriëls in beroep een vergunning voor een tankstation op de Provinciesteenweg, nadat we als college een vergunning hadden geweigerd. Ook hier ontbreken dus noodzakelijke instrumenten om een toekomstbestendig beleid te voeren. Wat mogen we je nog toewensen? Inspiratie, middelen en medestanders om mensen die niet op citytrip kunnen gaan, die niet met hun salariswagen in de file staan, die geen gelukscoach kunnen betalen ook in onze gemeente een betaalbare en kwalitatieve woning aan te kunnen bieden. Een warm en veilig dak boven je hoofd moet voor iedereen een evidentie zijn. Een uitdaging die de komende jaren zo mogelijk nog groter zal worden. Dit interview verscheen in De Gangmaker van maart 2020.